Dinsdag 20 september 2022 heeft minister Kaag van Financiën namens het kabinet Rutte IV het pakket Belastingplan 2023 aangeboden aan de Tweede Kamer.
Wij hebben de 10 belangrijkste fiscale wijzigingen voor u op een rij gezet:
1. Verhoging van het minimumloon met meer dan 10%
Het minimumloon wordt in één keer met ruim 10% verhoogd per 1 januari 2023. Omdat ook de AOW en de bijstand hieraan gekoppeld zijn, zullen deze evenredig meestijgen.
2. Verhoging vrije ruimte werkkostenregeling
Door middel van de werkkostenregeling kunt u als werkgever uw personeel onbelast allerlei zaken vergoeden en verstrekken. De vrije ruimte in de werkkostenregeling wordt verruimd van 1,7% tot een loonsom van € 400.000 in 2022 naar 1,92% tot een loonsom van € 400.000 in 2023. Voor de loonsom boven de € 400.000 bedraagt de vrije ruimte 1,18%.
3. Hoger gebruikelijk loon
Als dga bent u verplicht om uzelf een gebruikelijk loon toe te kennen en op te nemen in de salarisadministratie van uw bv. Het gebruikelijk loon moet volgens de wet in 2022 minimaal worden vastgesteld op 75% van het loon uit de vergelijkbaarste dienstbetrekking. Of op het hoogste loon van de werknemers die in dienst zijn bij uw bv indien een van deze bedragen hoger is dan € 48.000.
Omdat dit loon lastig is vast te stellen, gold een doelmatigheidsmarge van 25%. Die doelmatigheidsmarge wordt nu per 2023 afgeschaft. Mogelijk moet u uzelf daarom als dga vanaf 2023 een hoger loon toekennen.
4. Tarieven vennootschapsbelasting omhoog
De tarieven in de vennootschapsbelasting gaan omhoog en de schijflengtes omlaag. Vanaf 1 januari 2023 bedraagt het tarief tot een belastbare winst van € 200.000 19% en daarboven 25,8%. Hierdoor worden resultaten eerder in de hoogste schijf van 25,8% belast. De reden voor de verhoging is meer belasting ophalen bij winstgevende bedrijven om de lasten voor burgers te verlagen en de koopkracht te verhogen.
Vennootschapsbelasting | 2022 | 2023 |
---|---|---|
Schijf 1: Winst tot € 395.000 in 2022/€ 200.000 in 2023 | 15,0% | 19,0% |
Schijf 2: Winst boven € 395.000 in 2022/€ 200.000 in 2023 | 25,8% | 25,8% |
5. Tarieven inkomstenbelasting omlaag en heffingskortingen omhoog
Het tarief in de 1e schijf wordt iets verlaagd: van 37,07% (2022) naar 36,93% (2023). Ook wordt de eerste tariefschijf verlengd naar € 73.071 (€ 69.398 in 2022). De heffingskortingen worden verhoogd. Ook gaat de arbeidskorting per 1 januari 2023 omhoog in het kader van koopkrachtverbetering.
Inkomstenbelasting | Belastbaar inkomen meer dan (€) | maar niet meer dan (€) | Tarief 2023 (%) |
---|---|---|---|
1e schijf | - | 73.071,- | 36,93% |
2e schijf | 73.072,- | - | 49,5% |
6. Twee tarieven aanmerkelijk belang
Heeft u meer dan 5% van de aandelen, winstbewijzen of stemrecht in een vennootschap? Dan bent u aanmerkelijkbelanghouder. De inkomsten die u uit dit belang krijgt, zoals dividend, zijn belast in box 2 van de inkomstenbelasting. Het tarief bedraagt momenteel 26,9%.
Het kabinet gaat twee schijven te introduceren in box 2 met ingang van 2024, namelijk 24,5% tot € 67.000 en 31% voor het bedrag daarboven. In 2023 blijft het tarief voor box 2 nog gelijk aan het tarief in 2022.
7. Tarief box 3 stapsgewijs verhoogd
Het tarief in box 3 wordt stapsgewijs verhoogd. In 2023 bedraagt het tarief 32% (nu 31%). In 2024 en 2025 gaat het tarief van box 3 met 1% omhoog, naar respectievelijk 33% en 34%.
Om de kleine spaarder te ontzien, wordt het heffingsvrije vermogen met ingang van 2023 verhoogd van € 50.650 naar € 57.000.
Ten slotte wordt als gevolg van het Kerstarrest van de Hoge Raad en het daardoor noodzakelijke rechtsherstel de heffingsgrondslag in box 3 aangepast. De Belastingdienst gaat hierbij uit van de werkelijke verdeling van uw vermogens over drie vermogensgroepen:
- Banktegoeden
- Overige bezittingen (onder meer beleggingen en onroerend goed)
- Schulden
8. Verhoging overdrachtsbelasting voor bedrijven en beleggers
De overdrachtsbelasting voor vastgoed dat niet als eigen woning aangemerkt kan worden stijgt van 8% naar 10,4%. Per saldo gaan bedrijven en beleggers en kopers of verhuurders van een vakantiewoning hierdoor meer overdrachtsbelasting betalen.
9. Verhoging leegwaarderatio
De leegwaarderatio is een van de huurprijs afhankelijke factor voor het berekenen van de waarde van een geheel of gedeeltelijk verhuurde woning waarbij voor de huurder huurbescherming geldt. Deze wordt met ingang van 1 januari 2023 verhoogd. Hierdoor stijgt de waarde van een verhuurde woning in box 3, zodat de verhuurder meer belasting in box 3 moet betalen. Daarnaast werkt deze aanpassing door in de schenk- en erfbelasting.
Daarnaast vindt nog een tweetal wijzigingen plaats:
- Tijdelijke huurcontracten worden met ingang van 1 januari 2023 uitgesloten van toepassing van de leegwaarderatio.
- Indien sprake is van verhuur aan gelieerde partijen (zoals een zoon of dochter) vervalt de mogelijkheid om de leegwaarderatio toe te passen.
10. Afbouw en afschaffing jubelton voor de eigen woning
De schenkingsvrijstelling ten behoeve van de eigen woning, ook wel de jubelton genoemd, wordt per 1 januari 2024 volledig afgeschaft. De jubelton bedraagt nu (2022) € 106.671, welke geldt voor ontvangers tussen de 18 tot 40 jaar oud. In aanloop naar de afschaffing in 2024 gaat de vrijstelling per 2023 omlaag naar € 28.947.
Heeft u vragen wat de fiscale wijzigingen voor invloed hebben op uw situatie of zoekt u een adviseur om te kijken naar uw huidige situatie om te kijken of er wellicht fiscale optimalisatie mogelijk is?
Neem dan contact op met een van onze belastingadviseurs om een afspraak te maken.